dinsdag 25 maart 2014

Niet meer van deze tijd

Dan is daar de dag dat mijn leeftijd door een houdbaarheidsdatum heen gaat.

Niet omdat ik dit zo ervaar maar omdat het wordt opgelegd. Zonder me te kennen biedt
leeftijd schijnbaar voldoende aanknopingspunten om vast te stellen dat ik niet meer van deze tijd ben. Gelukkig vind ik daar zelf ook wat van.Maar als het aan de arbeidsmarkt, menig selecteur en bedrijfsleiding ligt dan kleven er aan mijn leeftijd zoveel nadelen dat ik onvoldoende waarde toevoeg.



Voor de duidelijkheid, ik ontken niet dat ik met mijn 51 lentes “ouder” ben.  Maar deze wetenschap frustreert mij niet. Leeftijd uitgedrukt in jaren vind ik relatief. Ik beschouw het ouder zijn als het verkeren in een levensfase met alle voor- en nadelen die daarmee samenhangen.  Iets wat volgens mij op alle levensfasen van toepassing is.

Het beeld wat we met zijn allen over het ouder worden hebben is begrijpelijk.Het zit in onze genen omdat de natuur bepaald heeft dat oude, zieke en gewonde exemplaren van een soort  als prooi voor natuurlijke vijanden gelaten kunnen worden.  Ze zijn tenslotte van geen nut meer voor de voortbrenging van de soort. Daarnaast richten commercie en industrie zich met hun uitingen op de jeugd. En laten we wel wezen, wie de jeugd heeft, heeft de toekomst

Echter zorgen de demografische ontwikkelingen en onze moderne samenleving er voor dat we onze mening over de bruikbaarheid en inzet van de oudere soort moeten herzien.

Uiteraard wordt de beeldvorming over oudere werknemers niet in de laatste plaats beïnvloed door die werknemer zelf. Ik vind het daarom een gedeelde verantwoordelijkheid om het imago van de groep te kantelen

Het is een open deur dat de manier waarop je je op- en open stelt bepaalt hoe de omgeving je ervaart.

Het negatieve imago zoals hierboven beschreven is mede hardnekkig  omdat het ergens in verschillende vormen ( on-)terecht bevestigd wordt.Daarover alleen naar anderen wijzen helpt niet, je bewust zijn van hoe je overkomt en zorgen dat de aanname niet wordt bevestigd wel.

Een grondhouding van willen blijven leren, vertrouwen op kennis en kunde van jongere collega’s, hun  niet als bedreiging zien maar als een mogelijkheid om krachten te bundelen helpt daarbij.

Plezier beleven aan de energie, aan het onderling respect, aan het verwerven èn overdragen van kennis helpt om te waarderen en gewaardeerd te blijven. En zeg nou zelf, met wat voor een werknemer of collega werk je zelf het liefst.

Uiteraard motiveren ontwikkelingsmogelijkheden medewerkers om te willen blijven ontwikkelen en presteren. Tenslotte volgt energie aandacht. 
Als ik er goed over nadenk dan stel ik vast  dat de visie dat ik niet meer van deze tijd ben eigenlijk niet meer van deze tijd is.





Hans Klijntjes

Geen opmerkingen:

Een reactie posten